JUWEEL VAN TWEANTE

Oatmörsken hef zien mooie pleintje
en Ossel ziene Stenderkas
In Hoksebargn doar spölt ze treintje
en Buurse hef zien Bommelas
En zoo is oavera wa wat,
meer t meuste hef de Boeskoolstad...

Juweel van Tweante. Oaldn Griezn.
Ik heb oe a keand as klean keend.
Iej zölt de leu de weg nog wiezn
as wiej der a lang nich meer bint.

Iej heb Bomn Beernd nog metmaakt,
Napolean en Hutn Kloas,
Iej bint oewn oaldn kop nich kwietraakt
in al t gedoonder en geroas.
Al oew bezetters bi'j weer kwiet,
iej beiert weer in vredestied...

Juweel van Tweante. Oaldn Griezn.
Ik heb oe a keand as klean keend.
Iej zölt de leu de weg nog wiezn
as wiej der a lang nich meer bint.

Willem Wilmink


WILLEM WILMINK

Willem Wilmink (° 1936 - † 2003) werd geboren in Enschede waar hij als kind de Tweede Wereldoorlog meemaakte. In veel van de door hem geschreven teksten zijn indrukken uit zijn kindertijd verwerkt. Hij had een zeer bijzondere band met Twente. Met name de taal van zijn streek is hem altijd dierbaar gebleven. Zijn gedicht over de St. Plechelmustoren is daar een mooi voorbeeld van.

Wilmink schreef zijn eerste gedichten en cabaretteksten als student Nederlands aan de Universiteit van Amsterdam. Later doceerde hij aan deze universiteit Moderne Letterkunde. In 1988 promoveerde hij aan de Katholieke Universiteit Brabant.

Veel van zijn verzen zijn als liedjes te horen geweest in televisieprogramma's zoals Het Klokhuis, De Stratenmakeropzeeshow, De film van Ome Willem, en Kinderen voor Kinderen. Daarnaast heeft hij talloze (kinder)boeken geschreven en gedichten vertaald.

Wilmink is meer dan eens onderscheiden. In de zeventiger jaren ontving hij de Louis Davids-prijs, in 1983 en 1994 de Zilveren Griffel, en in 1986 de Gouden Griffel. In 1988 werd hem de prestigieuze Theo Thijssen-prijs toegekend.

De laatste periode van zijn leven woonde hij weer in zijn geboortestad. In zijn oude straat.